Linkse integratiekoers leidt tot vertrek van twee rechtse PvdA-Kamerleden
Door Carel Brendel, 14 november 2014
De PvdA-Deur werd gisteravond een Slaande Deur. De Kamerleden Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk stapten uit de fractie (of werden er uitgegooid), omdat ze het integratiebeleid van hun eigen minister Lodewijk Asscher niet wilden onderschrijven.
Volgens henzelf werden ze “monddood” gemaakt binnen de PvdA-fractie, en dat alles doordat het debat over integratie zou zijn “verhard, verruwd en verrechtst”. De crisis ontstond nadat het duo op de Turks-Nederlandse website Sonhaber verkondigde dat Asscher een “uitsluitingspolitiek” voerde.
Het duo verzette zich met hand en tand naar verder onderzoek naar de invloed van Turkse religieuze organisaties als de Gülen-beweging, de Suleymanci, Milli Görüs (de Turkse variant van de Moslimbroederschap, nauw verbonden met de AK Partij van premier Erdogan) en Diyanet, de Turkse overheidsdienst die de baas is bij de meeste Turkse moskeeën in Nederland. Diyanet wordt ook wel “de Lange Arm van Ankara” genoemd, en aan die lange arm trekt tegenwoordig Erdogan.
Volgens een verslag van de Telegraaf barstte de bom toen Öztürk “Moge Allah je straffen” riep richting partijgenoot en integratiewoordvoeder Ahmed Marcouch. Als dat waar is, dan was het een ongelooflijke situatie. Twee religieuze leden van een seculiere partij die een medegelovige met de straf van God dreigden omdat hij de belangen van religieuze clubs niet wilde verdedigen.
Nog schokkender vond ik een tweet van Mustafa Ãœnver, “Counsellor for Religious Affairs” van de Turkse ambassade in Den Haag. Gisteravond laat bedankte hij Kuzu and Öztürk voor hun “eerlijke en moedige opstelling”. De opstand van de twee PvdA-dissidenten had dus de sympathie van een religieuze functionaris van het Erdogan-regime. Er zijn wel eens ambassadeurs voor minder op het matje geroepen. Het was overigens een perfecte illustratie van de “Lange Arm van Ankara”, die overigens ook al zichtbaar was in het tegenwerken van onderzoeken naar wantoestanden bij Turks-religieuze internaten en het opstoken van Turkse Nederlanders tegen de Nederlandse pleegzorg.
In de berichtgeving lees ik tot dusver weinig over het derde PvdA-Kamerlid van Turkse komaf, de overtuigd seculiere Keklik Yücel (zij kreeg in 2012 mijn voorkeursstem). Het was wat onduidelijk geformuleerd in een NRC-verhaal over de kwestie, maar mede door toedoen van Öztürk en Kuzu moest Yücel stoppen als woordvoerder integratie. De post ging naar Marcouch, maar dat heeft het tweetal niet geholpen bij het laatste conflict. De PvdA-Kamerleden met een Marokkaanse achtergrond kozen unaniem de kant van de PvdA-leiding.
Tegen het zere been van de twee opstappers was ook een rapport van het multiculturele instituut Forum, dat met name vraagtekens zette bij de opvattingen onder jonge Turkse Nederlanders als het gaat om antisemitisme, jihad en de Islamitische Staat. Op dat onderzoek valt best wat aan te merken. De rapporteurs hadden iets meer voorbehoud mogen maken omdat de enquête niet onder een representatieve groep was uitgevoerd. Verder was er in de presentatie en vooral in de berichtgeving veel onduidelijkheid en spraakverwarring over steun aan het principe van de jihad (vrij algemeen), (zeer ruime) sympathie voor het verzet tegen de Syrische slachter Assad, en regelrecht enthousiasme voor ISIS (duidelijk veel minder onder de ondervraagde Turken).
Overigens heeft Motivaction wel een zo representatief mogelijke doelgroep ondervraagd. Het gaat om een serieus onderzoek, wellicht te stellig gebracht, maar met aanwijzingen voor verontrustende uitkomsten. Reden genoeg om het niet zomaar in de prullenbak te kieperen, zoals de niets-aan-de-hand-roepers het liefste zouden zien.
Öztürk en Kuzu trekken nu de verongelijktenkaart. De vrijheid van vereniging zou gevaar lopen. Niemand verbiedt overigens Turken in Nederland om religieuze verenigingen op te richten, zolang zij zich aan de wet houden en zich niet tegen de veiligheid van de staat keren. Maar niemand is daarom verplicht om deze religieuze verenigingen te pamperen en te subsidiëren. Van linkse, liberale en seculiere politieke partijen mag niet worden verwacht dat zij hun beleid laten bepalen door kerken, moskeeën, tempels of synagogen.
Sinds enkele jaren probeert de PvdA zich te ontworstelen aan islamitische lobbygroepen. De partij zet eindelijk in op de emancipatie van het individu. Dat is duidelijk een pijnlijk proces voor mensen in het kader en onder de achterban die de afgelopen dertig jaar heel anders gewend waren.
De linkse integratiekoers leidt nu dus tot het vertrek van twee rechtse parlementariërs. Het zij zo. Als Öztürk en Kunu een ander integratiebeleid willen, moeten ze maar een eigen partij oprichten. Dat lijkt me beter en duidelijker dan optreden namens een politieke partij waarvan ze de beginselen kennelijk niet onderschrijven.