Vrijheid van meningsuiting geldt ook voor abjecte figuren en meningen
Door Carel Brendel, 9 april 2010
Amateurcartoonist Abdoulmouthalid Bouzerda is donderdag (8 april) dan toch voor de rechter verschenen. Deze rechtszaak, waar de grenzen van de vrijheid van meningsuiting in het geding zijn, trok relatief weinig aandacht. De Pers bracht als een van de weinige media een uitgebreid verslag.
Bouzerda is de huidige voorzitter van de Arabisch-Europese Liga (AEL), een groepje verongelijkte extremisten, dat in Nederland weinig voet aan de grond heeft gekregen ondanks de directe en indirecte bemoeienis van de net-niet-voorzitters Brahim Bourzik en Mohammed Benzakour en de kortstondige voorzitters Mohammed Cheppih en Nabil Marmouch.
De Belgische ’moederbeweging’ kreeg veel publiciteit dankzij de welbespraakte Dyab Abou Jahjah. Qua schreeuwkracht deed de AEL weinig onder voor de extremistische groep Sharia4Belgium, die momenteel voor deining zorgt door op te roepen tot het omverwerpen van koning Albert II en premier Leterme en het verstoren van een lezing van de Nederlandse islamcriticus Benno Barnard. De Vlaamse AEL werkte bij verkiezingen samen met de Partij van de Arbeid (een maoïstische splinterpartij die niets van doen heeft met de Nederlandse PvdA), maar zelfs in de thuisbasis Antwerpen bleek de aanhang zeer gering.
In februari 2006 slaagde Bouzerda erin om de zieltogende AEL onder de aandacht te brengen. Als reactie op de Deense cartooncrisis maakte hij een eigen spotprent. De Pers: “Twee mannen met keppeltjes en grote neuzen. Ze staan naast een berg lijken met een bordje ‘Auschwitz’ erin geprikt. De een zegt, in het Engels: ‘Ik weet niet eens of dit wel Joden zijn.’ De ander: ‘We moeten op de een of andere manier toch aan de zes miljoen komen.’ ”
Smaakvol is het allemaal niet. Vanuit Joodse kringen kwamen er protesten. Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) deed aangifte. Het openbaar ministerie besloot tot vervolging. Tijdens de zitting eiste de officier van justitie tegen de AEL een boete van 2500 euro, waarvan 1500 voorwaardelijk, wegens strafbare belediging van een volksgroep op grond van ras. Ook tegen Bouzerda zelf werd een boete geëist. Het ontkennen van de massamoord op 6 miljoen Joden is op zich niet strafbaar, maar wel in de veel voorkomende combinatie met beledigende opmerkingen over Joden.
Religie is een mening, ras is een kwestie van afkomst. De Deense cartoons of de prenten van Gregorius Nekschot vallen daarom onder een andere categorie dan de tekening op de AEL-website. Toch wringt er naar mijn gevoel iets bij het proces tegen Bouzerda.
De vrijheid van meningsuiting is er immers ook voor spotprenten en meningen die door veel mensen schandelijk, beledigend en onsmakelijk worden gevonden. Ik kan me voorstellen dat mensen zich beledigd voelen door de AEL-tekening, maar in feite is de prent vooral een belediging voor de maker zelf, die zichzelf neerzet als een weerzinwekkende antisemiet. In het publieke debat bestaan genoeg mogelijkheden om de AEL te bestrijden.
Het ontkennen van de werkelijkheid is gelukkig niet strafbaar, anders zou het openbaar ministerie zijn handen vol hebben aan gelovigen van diverse godsdiensten, die tegen alle bevindingen van de wetenschap in volhouden dat de aarde binnen een week is geschapen. Wie ondanks alle overtuigende bewijzen meent dat de massamoord in de jaren 1940-1945 nooit heeft plaatsgevonden en ook nog beweert dat ‘de Joden’ het allemaal hebben verzonnen, diskwalificeert vooral zichzelf.
Natuurlijk kunnen we de gedachtepolitie opdragen om de onverbeterlijke massamoordontkenners en antisemieten op te sporen en te vervolgen. Dit zal hun alleen maar sterken in hun veronderstelling dat de islam en de moslims straffeloos mogen worden beledigd, terwijl je geen kwaad zou mogen zeggen van ’de Joden’. Let trouwens op dat deze beroepsklagers zichzelf altijd verraden als antisemieten door het over ’de Joden’ te hebben.
De grens van de vrije meningsuiting ligt bij het oproepen tot en het gebruiken van geweld. Het ettertje Bouzerda is binnen die marge gebleven. Dat geldt niet voor de shariafreaks, die in Antwerpen de lezing van Barnard onmogelijk hebben gemaakt. Hun optreden heeft niets te maken met de vrijheid van meningsuiting, hoewel ook voorman Abu Imran van Sharia4Belgium maar weer eens ‘de Joden’ en ‘de Holocaust’ erbij sleepte om zijn gelijk te halen.
Lees ook: